Sinds ik weer in de streek woon die ik veertig jaar geleden heb verlaten, kom ik in de plaatselijke krant doodsberichten tegen van mannen die ik als jongetje heb gekend en tegen op heb gekeken. Toen waren dat jonge mannen die de plaatselijke middenstand bevolkten, of iets waren bij de voetbalclup, de gymnastiekvereniging, het Nut, of de vele commissies van de openbare school.
Zo is onlangs Bertus IJ. overleden. Hij was de garagehouder die mijn vader achtereenvolgens een Fordson, een Ford Anglia, een Ford Cortina en een Ford Taunus verkocht.
De Fordson was een gesloten bestelauto en mijn vader kreeg van Bertus een autobank van de sloop cadeau, die op zondagmiddag in de langte in de achterbak werd geplaatst, zodat wij kinderen meekonden op een familietripje. De Ford Anglia stond hoog de poten als een oude T-Ford en in een frivole bui had mijn vader een hemelsblauwe kleur uitgezocht. De Ford Cortina, was een ruime goedkope bak en rook naar kunststof en de Ford Taunus was chique met die wereldbol boven de grille en de geur van leer.
Deze herinneringen zaten diep weggestopt in de krochten van mijn brein, maar door de dood van Bertus kwamen ze weer tot leven.
freek
16 september 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten