31 januari 2007

Krebs en het gelul


Krebs is dood. Ik las het net in Het Parool. Hans-Michael Krebs. Menéér Krebs voor ons, redacteuren van het maandblad Student in de jaren zestig, zeventig en tachtig. Krebs belichaamde met zijn corpulente voorkomen en zijn rechtse praat, alles waar wij tegen waren. Maar als advertentie-acquisiteur bracht hij binnen wat wij nodig hadden. Geld om elke maand op tabloid-formaat een uiterst kritisch geluid te verspreiden over alle studentensteden. Lang niet kritisch genoeg in de ogen van de communistische studentenvakbonden, die onze frivole uitstapjes en vrijages met Nina Hagen en de eurocommunisten verafschuwden; veel te kritisch in het oog-dat-niet-van-glas-was van Krebs.
De oplage bedroeg eind jaren zeventig 50 duizend exemplaren maar Krebs repte altijd van 100 duizend exemplaren. Vermoedelijk was hij met opzet vals geïnformeerd over de oplage zodat hij geloofwaardiger over zou komen bij de adverteerders. In ieder geval schrok hij zich rot toen hij op de drukkerij eens ontdekte dat de teller bij 50 duizend stopte. Officieel waren die exemplaren bestemd voor alle leden van de 'grondraden' (dat was de onsmakelijke naam van de studentenvakbonden per stad in die jaren), feitelijk waren dat er 15 duizend, en verder werden elke maand pallets vol van ons mooie maandblad gedumpt in de bosjes van de studentenflats te Groningen, Nijmegen, Tilburg, Amsterdam enzovoorts. Zo vreesden wij tenminste in die dagen en zwegen verder wijselijk. Want oprecht protesteren en betweten is leuk en aardig maar als dat geld kost, tsjaa.
Krebs had verstand van geld en was een meester in het bespelen van adverteerders. Banken, verzekeringsmaatschappijen, Durex, Caballero, Elseviers Weekblad, allemaal adverteerden ze paginagroot om zich in één klap een plekje te verwerven op de keukentafels van álle studentenhuizen. Want straks zijn die studenten rijk, werd Krebs niet moe om uit te leggen. Op zijn aandrang waren wij na het verschijnen van elk nummer dagen bezig zoveel mogelijk bonnen uit te knippen, in te vullen met gegevens van telkens weer andere bekenden en in te sturen. Van de opbrengst van de advertenties stak hij een behoorlijke commissie in eigen zak, ik meen 35%, maar dat was hem gegund. Hij had immers ook hoge kosten. Vooral het bewerken van de zetters en drukkers van Het Vaderland te Den Haag, was begrotelijk. Vlak voor het ter perse gaan van een nieuw nummer kwam Krebs steevast binnen zeilen met eindelijk die gouden advertentie van de Koninklijke Marine die er ab-so-luut in moest. Hele pagina! De grafici van Het Vaderland waren echter onvermurwbaar. Althans, tot het moment dat Krebs de Duitse lottoformulieren te voorschijn haalde. Goede sigaren en drank werden trouwens ook op prijs gesteld. Krebs had standaard enkele Duitse lottoformulieren op zak.
In 1979 vierde Student het verschijnen van het 150ste nummer in het Amsterdamse theatercafé Frascati. Alle medewerkers en (ex)redacteuren waren aanwezig, deels waren ze al beland in de grote-mensen-journalistiek. We waren allemaal even links als beschonken. Krebs had er zin in die avond en zo kwam het dat hij, met buik en in pak, borrel in de hand, het biljart beklom om de marxistische goegemeente de zegeningen van het kapitalisme nog eens in te peperen. Midden in zijn vlammend pleidooi voor nóg meer advertenties, hield Tom de Greef, toen al een oudgediende maar nooit te beroerd de orde te verstoren, het niet meer vol. "Gelul", schreeuwde hij vanuit het publiek.
"Jongeman", sprak Krebs hem vaderlijk toe, "met gelul worden advertenties geworven".
Krebs is zeventig jaar geworden. Ik las het net in Het Parool. In een advertentie.

Metz kijkt terug