25 maart 2010

Weg

Ik las het in de krant en S. vertelde het mij: O is dood. S. wist dit uit de tweede hand want hij was een collega van S. op de scholengemeenschap in H. Toen dit instituut nog hbs heette zat ik op deze school en was O mijn leraar aardrijkskunde. Ik en mijn klas had hij volledig in zijn macht. O.liep of stond nooit voor de klas, maar zat altijd op een stoel op een verhoginkje en nam ons de maat. Met een slepende toon en een cynisch grijns, kon hij ons, plattelandskinderen uit de dorpen rond H. de maat nemen. Wij trilden letterlijk voor hem.
Mij heeft hij eens goed te grazen genomen, toen hij ontdekte dat op het tafelblad van de bank waarin ik zat, met grote letters ' O. de communist' was gekerfd. Het was tussen vrijdagmiddag en de daaropvolgende maandagmiddag gedaan volgens O. en ik had daar zowel vrijdag als maandag gezeten, dus.... Ik wist echt van niks, maar was niet weerbaar tegen zijn valse beschuldigingen en daarom werd ik twee dagen van schoolgestuurd en moest op vrije middagen gangen schoonmaken.
Ik vertelde zijn collega S. nu van mijn ervaringen en dat in koortsdromen O nog wel's terug komt in mijn leven. S. had het over O als de sneue leraar die toen S. conrector werd van hem taakuren kreeg in de schoolbibliotheek om het leraarschap vol te houden. S. begreep mij ook niet en volhardde in zijn beeld van machteloze collega. Ik nam het maar voor kennis aan: O. cynicus uit onmacht.

freek

Geen opmerkingen: