22 augustus 2006

Bedelmarketing

De route van huis naar de supermarkt in de Molukkenstraat (via het Javaplein zo'n 200 meter), is jachtgebied voor daklozenkrantenverkopers en bedelaars. Zolang zij zich enigszins terughoudend opstellen is er geen probleem. De bedelaar houdt zijn hand op als een kommetje, de daklozenkrantenverkoopster steekt uitnodigend een krant in de lucht en ik loop door. Intussen zwijgen wij allen, zo moet het spel gespeeld worden. Maar zo wordt het al geruime tijd niet meer gespeeld. De bedelaar snijdt me de pas af, helt licht voorover als ik uitwijk en vraagt me sloom en slijmerig of ik een mop wil horen of gelijk mijn kleingeld in wil leveren. Elke dag. En aanbeland bij de daklozenkrantenverkoopster die de entree van de winkel blokkeert, is het “goedemorgen, alles goed?” en “goedemiddag, lekker weer hè?” niet van de lucht. Een omweg is in studie: via het Ceramplein, stukje Insulindeweg, bij het kruispunt overgestoken naar de Chinees – die spreekt gelukkig geen Nederlands - en pas recht tegenover de supermarkt met gebogen hoofd in één streep, rinkelende trams negerend, doorstoten naar de roerbakgroente. Ook onder de minderbedeelden neemt het inhalige handelen een opdringerige vorm aan. Het zijn de graaiende topbestuurders van de straat.


Metz in de buurt

Geen opmerkingen: