04 maart 2008

familieverhalen 6

Ik ben naar mijn Drentse opa genoemd en niet naar mijn pake. Daar heb ik mijn zoon naar genoemd: Sjirk. Over die opa is weinig bekend; hij kwam niet in verhalen voor. Ik denk dat het een beetje een loser was, een arme drommel waar niet mee viel te pronken in het middenstandsmilieu waaruit ik kom. Ik weet dat hij in de Eerste Wereldoorlog naar Duitsland is gegaan, om daar in de mijnen te gaan werken. Hij was immers werkloos in Drenthe en het kindertal boste aan. Ik weet ook dat hij later, weer terug in Nederland bier rond bracht bij de café's. Eerst met paard en wagen en later met een Fordje. Dat is zo'n beetje alles uit de overlevering. Zelf herinner ik opa als de man die mij met eindeloos geduld heeft leren zwemmen en vissen. En na zo'n dag aan de oever, als we weer op z'n fiets klommen, begroef hij uit pure en stille liefde zijn borstelige snor in mijn jongenshals. Mijn opa was een verlegen dromer. Zijn mijnlamp staat op mijn bureau.
freek

Geen opmerkingen: