12 oktober 2012

Bijke 23

Mijn hond is een jachthond van het Friese soort: een stabij. De naam zegt het al 'sta bij' een hond die de jager bij staat. Een stabij was een hond van de Friese Wouden, waar het vroeger armoe troef was. De 'wâldpiken', zoals de bevolking daar wordt genoemd, verdiende vroeger de kost met bezembinden, met garen en band langs de deur venten, of met de mollejacht. Dat laatste deed met met een stabij, die achter in de mandje op de fiets werd meegenomen. Sommige mollenvangers kwamen vanuit Friesland tot diep in Gelderland; 's nachts sliep men bij boeren in het hooi.  Mijn hond is dus van nederige afkomst maar met een grote overlevingsdrift.
Alleen, ze is opgegroeid bij een rustige man die wel de buitenlucht weldadig insnuift, maar geen mollevel in de schuur tegen de wand spijkert. Die man krijgt zijn pensioen van het ABP als het nog een tijdje meezit en hoeft geen kostje bij elkaar te jagen.
Vandaar dat bij het eerste geweerschot van de herfstjacht in de verte, mijn hond panisch op de vlucht slaat en maar één ding wil: naar huis, onder de stoel.

freek

Geen opmerkingen: